De discussie over schuldhoudbaarheid richt zich vaak uitsluitend op de overheidsschuld, zowel op nationaal als Europees en mondiaal niveau. De les van de eurocrisis was echter dat voor schuldhoudbaarheid van een economie ook de private schuldniveaus van belang zijn.
Om een meer compleet beeld te krijgen onderzoekt dit rapport niet alleen de schulden van zowel de overheid als de private sector, maar ook de de bezittingen van overheden, huishoudens en bedrijven.
Dat biedt een ander perspectief op de EU. Hoewel het beeld dat de economische situatie in het Noorden beter is dan in het Zuiden overeind blijft, springt Italië er positief uit, onder meer in termen van netto bezittingen. Landen als Nederland en de Scandinavische landen hebben te maken met zeer hoge schulden van huishoudens, terwijl de schulden van ondernemingen het hoogst zijn voor Ierland en Luxemburg.
Dit rapport verandert de manier waarop we naar de schuldhoudbaarheid kijken en laat zien dat de 60% staatsschuldnorm van het Stabiliteits- en Groeipact van de EU nooit los van andere variabelen gebruikt mag worden gebruikt. Internationale instellingen en landen die begrotingsanalyses, aanbevelingen en beleid baseren op schuldhoudbaarheidsanalyses, moeten uitgaan van een meer veelomvattend begrip van schuldhoudbaarheid.
Download het rapport hier.